Berichten

Je herkent vast verschillen in collega’s op het werk. De één stelt taken tot het laatste moment uit, de ander heeft juist als eerste een taak af. De ene collega is trouw en gefocust op de eigen taak, de ander is dagelijks bezig om het de collega’s naar de zin te maken, omdat hij of zij het heerlijk vindt om gastheer/vrouw te zijn. De één is altijd beheerst en kalm, een ander kan wel eens behoorlijk uit de slof schieten. Er zijn vijf te herkennen werkstijlen die ook wel de 5 drivers worden genoemd.

Deze verschillen zeggen iets over je persoonlijke werkstijl. De manier van doen en laten die typerend is voor jou. Vraag maar eens aan vrienden of collega’s hoe ze jouw normale manier van doen typeren en je krijgt complimenten te horen als: je werkt zorgvuldig, je hebt oog voor detail. Je houdt altijd rekening met anderen. Je inspireert met je enthousiasme en energie. Je geeft nooit op. Je verzet een berg werk in korte tijd.

Veel mensen vinden dat ze thuis heel anders zijn dan op het werk, maar de patronen blijven herkenbaar. In de TA (Transactionele Analyse) wordt uitgegaan van vijf werkstijlen; ze worden drivers genoemd. Deze 5 drivers kunnen fungeren als kracht en valkuil in je werk.

De 5 werkstijlen of drivers

Wees perfect
Zorgvuldig, gaat voor foutloos, heeft probleem met deadlines.
Onder stress: neemt zichzelf kwalijk niet goed genoeg te zijn.

Doe de ander plezier
Teamspeler, dienstbaar en zorgzaam, afwachtend neemt geen beslissingen.
Onder stress: snel beledigd, bezorgd als hij zich genegeerd voelt.

Doe je best
Enthousiast, pioniert graag, verliest snel interesse.
Onder stress: pakt te veel tegelijk op zonder iets af te kunnen maken.

Wees sterk
Kalm ook tijdens crisissituaties, pot emoties op, moeilijk te doorgronden.
Onder stress: houdt zich afzijdig bij speelse activiteiten uit angst raar gevonden te worden.

Schiet op
Snel, presteert het best onder tijdsdruk, onnauwkeurig, kan drammen.
Onder stress: altijd haast en meestal te laat.

Geboden uit het verleden

Bovenstaande drivers lijken onschuldig. Maar realiseer je wel dat we deze boodschappen als kind al meekregen van onze ouders, in de vorm van geboden. Wat je wel en niet mag doen. Ze werden eindeloos herhaald en waren voorwaardelijk: ‘als je …, dan …’ In je herinnering hoor je het je vader of moeder nog zeggen; dat je beter je best moet doen, of eens moet opschieten. Op basis van die ervaringen gaven we daar, zo klein als we waren, een eigen betekenis aan. Onbewust koppelden we aan die betekenis een bepaald ‘gewenst’ gedrag. Dat proces van toen is bepalend voor de rest van ons leven.

Deze boodschappen roepen op het eerste gezicht sociaal acceptabel gedrag op. Dat komt anders over als je je bewust bent van de voorwaarden die eraan verbonden worden. Zoals: ‘Als je goed je best doet, dan mag je/krijg je …’ Of: ‘Echte mannen huilen niet’.

De schaduwkant van je werkstijl

Met een werkstijl is op zich niets mis, maar wel als het een driver wordt die ervoor zorgt dat jij behoeftes in jezelf miskent (Lees ook: “Miskenning blokkeert echt contact“). We noemen de 5 drivers daarom ook wel opjagers, opjutters of counterinjuncties. De geboden lijken positief, maar ze zijn het niet omdat ze impliceren dat je alléén oké bent als je gehoorzaamt aan één of meer van die drivers. Drivers beperken de autonomie. Onder stress gaan mensen gemakkelijk ‘driver-gedrag’ vertonen en daarmee over hun eigen grenzen heen, met alle gevolgen van dien.

Tijdens de coronacrisis ervaren veel mensen stress. De drivers kunnen je helpen om verborgen stress te herkennen en hierover het gesprek aan te gaan. Dat is met thuiswerken extra lastig. Toch herken je de drivers ook in online contact. Zorg voor elkaar en heb de moed om door te praten over het gedrag dat je opmerkt. En straks als het weer kan, verzorg ik graag een teamtraining in jouw organisatie om drivers te herkennen en autonomie te bevorderen.

Iedereen heeft een eigen manier van communiceren; een communicatiestijl. Er zijn 5 communicatiestijlen, die ook weer in verband staan met onze ego-positie, waar ik eerder over schreef (“Het innerlijke Kind. Zorg jij er goed voor?“). Je communicatiestijl laat zien hoe jouw ego-toestand zich manifesteert. Het gaat dus over ons gedrag richting anderen. De ego-posities Ouder, Volwassene en Kind helpen je om jouw communicatiestijl te duiden en te begrijpen. Elk van de 5 communicatiestijlen heeft een positieve en een negatieve kant. Dat onderscheid wordt in de praktijk niet zo vaak gebruikt. Het is wel goed om je te realiseren dat het bestaat.

Schematische weergave van de 5 ego-toestanden ook wel communicatiestijlen

Dit schema geeft de diverse herkenbare eigenschappen en/of karaktertrekken weer van de 5 communicatiestijlen.

Structurerende Ouder (SO)

SO positief

De positief Structurerende Ouder, is een heel waardevol aspect van onszelf. Daarmee stel je grenzen, zonder jezelf of anderen naar beneden te halen. Je bent in de communicatiestijl positief Structurerende Ouder wanneer de ouderlijke aanwijzingen bedoeld zijn voor de bescherming of welzijn van anderen of ter bescherming en welzijn van jezelf.

Je gebruikt je positieve Structurerende Ouder veel bij het opvoeden van kleine kinderen. Die leer je dat ze niet hun vingers in het stopcontact mogen steken. Of dat zij enige afstand moeten bewaren tot het hete gasfornuis of de hete kachel. Je gebruikt ook je positief Structurerende Ouder, als je doorzet om iets af te maken. Als je ergens geen zin in hebt maar het tóch doet, dan heb je je eigen positief Structurerende Ouder ingeschakeld. Hoogstwaarschijnlijk door in een interne dialoog iets te zeggen als: ‘Maak het nou eerst maar af, want af moet het toch! Dan kun je daarna iets gaan doen waar je wél zin in hebt.’ De positief Structurerende Ouder is ook degene die zorgt voor de ontwikkeling van normen en waarden in je werk. Ook waakt deze ego-toestand over jouw professionaliteit.

SO negatief

Dit is degene die altijd moppert, anderen of zichzelf op de kop geeft, zich kritisch uitlaat, anderen of zichzelf afbreekt, geen respect toont voor de ander of voor zichzelf. De ander of de persoon zelf wordt gedenigreerd, vernederd, geminacht en miskend.

De Voedende Ouder (VO)

VO positief

Deze persoon stimuleert en motiveert. ‘Dat doe je hartstikke goed’. De Voedende Ouder laat zien dat de inbreng van de anderen ook goed en nuttig is. Vooral naar de Structurerende Ouder is dat een goede ‘interventie’. Daarmee wordt de Structurerende Ouder als het ware ontwapend. Vanuit je positieve Voedende Ouder blijf je respectvol naar de mopperpot, die daardoor meestal minder reden tot mopperen krijgt.

VO negatief

De benadering van deze persoon heeft een verstikkende werking. Bijvoorbeeld tegen een collega: ‘Kom maar even hier, dan help ik je daar wel bij’, om vervolgens het werk compleet over te nemen. Het betekent ook dat je denkt de ander te moeten redden. Het is het geven van ongevraagde, ongepaste zorg.

De Volwassene (V)

De Volwassene manifesteert zich neutraal, dus niet positief en niet negatief. Hoewel overanalyseren, te veel nadenken ook negatief is.

Aangepaste Kind (AK)

AK positief

De ego-toestand AK positief gebruiken wij dagelijks honderden malen als we ons aanpassen aan de regels van de maatschappij en van onze culturele achtergrond. Zo gebruiken we dagelijks onze tafelmanieren, zijn wij heren (of dames) in het verkeer en betalen we jaarlijks onze belastingaanslag.

AK negatief

De negatieve kanten van het Aangepaste Kind zien we wanneer wij gedrag uit onze kinderjaren herhalen. Dit gedrag past niet meer bij onze volwassen situatie. We stellen ons op als slachtoffer. We maken onszelf afhankelijk. Als klein kind heb ík misschien geleerd dat huilen effectief was om mijn zin te krijgen, wanneer volwassenen zeiden dat ik iets niet mocht. Als ik als volwassene nog steeds huil om mijn zin te krijgen, dan reageer ik vanuit het negatieve Aangepaste Kind. Hierdoor misken ik mijn volwassen mogelijkheid om direct te vragen om wat ik nodig heb. Wij vertonen allemaal regelmatig gedragspatronen vanuit ons negatieve Aangepaste Kind. Een van de doelstellingen van persoonlijke verandering in de Transactionele Analyse is om die achterhaalde patronen uit ons negatieve Aangepaste Kind te vervangen door ander gedrag. Hierbij maken we volledig gebruik van de vijf ego-posities zoals hieronder afgebeeld.

Natuurlijk Kind (NK)

NK positief

Uit deze ego-toestand vloeien creativiteit en spontaniteit voort. Het NK positief komt tot uiting in authentieke emoties (verdriet en boosheid als je pijn gedaan wordt, angst als er gevaar is, blijdschap als je vrolijk bent).

Stel dat ik als kind besloot mij aan mijn ouders aan te passen door nooit te laten merken dat ik boos was. Later in mijn leven heb ik misschien dezelfde strategie gevolgd. Dit kan zonder dat ik mij daarvan bewust ben. Het opkroppen van mijn woede kan dan veroorzaken dat ik bijvoorbeeld depressief of fysiek gespannen wordt. Vervolgens besluit ik, eventueel gedurende een therapie, mijzelf toe te staan mijn woede te uiten. Terwijl ik furieus op een kussen sla, mobiliseer ik eindelijk de ongecensureerde energie vanuit het Natuurlijk Kind die ik jaren heb ingehouden.

Waarschijnlijk zal ik daarna merken dat ik mij prettiger en meer ontspannen voel. Op eenzelfde manier bereiken velen van ons de volwassen leeftijd, terwijl wij onze ongeuite Natuurlijk Kind-gevoelens van verdriet, angst en verlangen naar lichamelijk contact nog met ons meedragen. Als wij deze emoties in een veilige omgeving tot uiting brengen, dan houden wij ons bezig met gedrag vanuit positief Natuurlijk Kind.

NK negatief

Voorbeelden van de negatieve Natuurlijk Kind ego-toestand zijn: boeren in gezelschap, ongeremdheid, sensatie zoeken (bijvoorbeeld met een motor met hoge snelheid over een drukke snelweg rijden).

Theoretisch gesproken hebben we de keuze uit 5 communicatiestijlen. Deze hangen samen met de vijf ego-toestanden van waaruit we gedrag laten zien: SO, VO, V, AK, NK. In de praktijk reageren we vaak volstrekt automatisch, bijvoorbeeld als Structurerende Ouder of als Aangepast Kind. Iedereen heeft wel een bepaalde voorkeur voor een van de vijf ego-toestanden, dat wil zeggen een ego-toestand waar je vrij gemakkelijk in terecht komt. Een ego-toestand waarin je (onbewust) de meeste energie  investeert.

Zelfonderzoek: maak een egogram

Welke van de 5 communicatiestijlen gebruik jij het meest? Een leuke oefening om daar achter te komen is om een egogram van jezelf te maken. Dat ziet eruit als een staafdiagram. Het egogram is een hulpmiddel bij diagnose en verandering. Het gaat uit van het begrip. De verdeling van psychische energie bepaalt welke Ik-toestand overheersend aan zet is. Er is geen algemeen ideaal; bij een bepaalde functie of positie kan een bepaalde verdeling wel gunstiger of ongunstiger zijn. Bijvoorbeeld: een actrice is gediend met veel Kind, een boekhouder met veel Volwassene, en een schoolmeester met veel Ouder. Ook de situatie en omgeving waarin iemand zich bevindt is mede bepalend hoe iemand zich gedraagt en zichzelf ervaart. Een egogram is dus altijd een momentopname. Een boekhouder die carnaval viert, gedraagt zich anders dan dezelfde boekhouder in gesprek met een klant.

Klik hier om een egogram te maken van jezelf. Je kunt het daarnaast ook door een ander voor je laten doen om te vergelijken.

Hanno coacht je graag in effectieve communicatie op de werkvloer. Dat levert doorgaans veel winst op in het contact met elkaar, met externe relaties of klanten. Tijdens een training van Hanno leer je vooral door te doen. Bovenstaande leent zich goed voor het uitspelen van praktijksituaties. Zo kun leren hoe je kunt reageren op de ander en wat dit doet in het contact.

Het innerlijke Kind is onderdeel van één van de bekendste modellen in de Transactionele Analyse (TA), het OVK model. Het is het basismodel met drie gestapelde bollen. De drie ego-posities: Ouder – Volwassene – Kind (altijd met een hoofdletter). Het zijn de drie posities van waaruit we reageren. Elke ego-positie heeft een typerend gedragspatroon van voelen, denken en ervaren van onze omgeving hangen dat met elkaar samenhangt.

Jouw innerlijke Kind in coronatijd

Vooral als het spannend wordt reageren we snel vanuit onze Kind-positie. Als je als kind vroeg geleerd hebt je aan te passen en te volgen, zul je dat nu met de coronamaatregelen waarschijnlijk ook doen. Of je hebt als kind dusdanig veel regels opgelegd gekregen wat jou niet de vrijheid gaf die je nodig had, dat je er nu erg recalcitrant van wordt. Zo doet het er dus wezenlijk toe in het hier en nu hoe jouw innerlijke Kind zich ontwikkeld heeft.

Het helpt om je gedrag te sturen wanneer je inzicht hebt vanuit welke ego-positie je communiceert. We onderscheiden 3 ego-posities en we switchen soms razendsnel van de één naar de ander. Je ziet ze hieronder uitgewerkt.

De Ouder

Zo zijn onze manieren.

Van vroeger overgenomen gedrag, gedachten, gevoelspatronen gebaseerd op ervaringen met onze ouders. De manieren van hen en andere belangrijke mensen uit onze jeugd waren ons voorbeeld. Hun normen  en waarden staan in ons brein gegrift. Kenmerkende woorden: “Ik of jij moet … “

De Volwassene

Is in het hier-en-nu.

Denkt, voelt en handelt op basis van feiten en rationele overwegingen. Ontwikkelt zich voortdurend door verwerkte gedachten, gevoelens en gedrag te integreren in het hier en nu. In contact met zijn Kind en zijn Ouder ego-positie, maar zonder de automatische reflexen. Kernwoorden zijn: “Ik denk … Ben me bewust ….”

Het Kind

De ego-toestand omvat ons gedrag, gevoelens en gedachten dat we ontwikkelde in onze kindertijd. Kernwoorden: “Ik voel … Ik wil … Ik heb … nodig.”

Ieder mens heeft deze drie ego-posities tot zijn beschikking. In de Ouder en Kind ego-positie reageren we vanuit ervaringen uit het verleden en die projecteren we op hier en nu situaties. Alleen vanuit de Volwassen ego-positie zijn we in staat te reageren in het hier en nu.

Ondergeschoven Kindje?

Ons innerlijke Kind is makkelijk het ondergeschoven Kindje, ook op het werk. Lang niet altijd lukt het om goed contact te maken met deze ego-positie. Toch is dit juist een heel belangrijke ego-positie omdat het de emotionele laag betreft. Goed luisteren naar wat je nodig hebt en het uit kunnen spreken van je grenzen en behoeftes voorkomt een hoop gedoe.

Wil jij op het werk meer inzicht creëren in de 3 ego-posities en wat dit doet in contact met collega’s, leidinggevenden, klanten en relaties? Hanno ontwikkelt graag een training of coaching sessie op maat in teamverband. Neem gerust contact op.

Hoe kijk jij naar jezelf en een ander? Wat is jouw favoriete venster? Wist je dat we allemaal door onze eigen bril naar de wereld kijken? Zo ontstaan als het ware 4 vensters op de wereld. De OK Corral (een model ontwikkeld in 1971 uit de Transactionele Analyse) toont ons de 4 mogelijke vensters. Het zegt iets over hoe je in het leven staat. Je kunt begrijpen dat in het contact met de ander het ook bepalend is door welk venster jij en de ander kijkt.

Het favoriete venster

We ontwikkelen van jongs af aan een beeld van de wereld om ons heen. Dat wordt bepaald door de omgeving waarin we opgroeien en waarin we ontwikkelen. De afspiegeling van dat beeld bepaalt ons favoriete venster. Het is de positie waaruit we primair denken, voelen en handelen.

Ik ben oké, jij bent oké

De OK Corral gaat uit van één gezond venster, namelijk het venster waarbij je jezelf en de ander als oké ziet. Dit principe is essentieel voor gelijkwaardigheid, echt contact en ontwikkeling. Het is haast onmogelijk om altijd vanuit dit venster jezelf en de ander te benaderen, maar je kunt jezelf er wel in trainen en op spiegelen. Het helpt om inzicht te krijgen in de 4 vensters om te reflecteren op je eigen gedrag en dat van de ander.

  • Ga je er meestal van uit dat anderen het beter weten dan jij, dan is Ik ben niet oké, jij bent wel oké je basale houding. (Ik– en Jij+)
  • Heb je de neiging om kritisch te zijn op anderen, zoek je de schuld buiten jezelf dan is je houding Ik ben oké, jij bent niet oké. (Ik+ en Jij–)
  • Ik ben niet oké, jij bent niet oké is de minst gezonde positie, iemand die zelf geen beslissingen neemt, anderen hun zin laat krijgen en daar dan boos over is. (Ik– en Jij–)
  • De gezonde en effectieve levenshouding is Ik ben oké, jij bent oké. Je accepteert en waardeert anderen onvoorwaardelijk. Je kaart problemen aan op het moment dat ze zich voordoen en zoekt naar consensus. (Ik+ en Jij+)

Onderzoek zelf jouw favoriete venster

Ben jij benieuwd naar jouw favoriete venster op de wereld? Doe dan de test die je hier kunt downloaden.

Invloed op je gedrag

Wanneer we het contact aangaan met anderen, bewegen we ons vaak tussen ons favoriete venster en de andere vensters van het vierkant. Bewustwording zorgt voor invloed op je gedrag en daar beïnvloed je anderen ook weer mee.

Niet alleen personen, maar ook groepen kiezen (onbewust) voor een favoriet venster op de wereld, te weten families, teams, afdelingen en organisaties. het bepaalt de houding die zij aannemen ten opzichte van de omgeving. Het Ik en Jij wordt dan Wij en Zij. Herken jij een cultuur vanuit een ongezonde positie, werk dan aan verandering. Neem gerust contact op voor een coaching sessie op maat.

 

Contact maken met de ander kent allerlei niveaus. Vaak zijn we onszelf daar niet direct van bewust, maar het is relevant om te weten op welk niveau je contact maakt met de ander. Daardoor kun je namelijk ook de kwaliteit van je contact toetsen. We onderscheiden 6 niveaus van contact maken. Hieronder een uitwerking daarvan.


^ referentie: Eric Berne (1968)

Niveau 1: Terugtrekken

Regelmatig trekken we onszelf terug door letterlijk afstand te nemen van de ander. Er is dan geen contact met de ander. Daarnaast kun je jezelf ook volledig terugtrekken terwijl je fysiek wel aanwezig blijft, bijvoorbeeld door in gedachten weg te dromen. Het niveau van terugtrekken biedt ons veiligheid want het risico op beschadiging is klein. Alleen de mate van erkenning van onze gevoelens ook.

Niveau 2: Rituelen

Rituelen kennen we allemaal. Je zou ze kunnen vergelijken met een voorgeprogrammeerde vorm van sociaal contact. Het is daarom behoorlijk voorspelbaar. Ieder kind leert al de rituelen van bijvoorbeeld het gezin, de regio en het land waar het woont. Een ritueel kan uiteenlopen van simpel ‘hallo’ zeggen als je iemand tegenkomt, tot zeer complexe sociale gebruiken. Vanwege het voorgeprogrammeerde karakter is het risico bij rituelen beperkt. Toch kun je bij rituelen ook ‘miskend’ worden. Hoe voel jij je als je een hand uitsteekt naar iemand, en hier wordt niet op gereageerd?

Niveau 3: Tijdverdrijf

Tijdverdrijven kenmerkt zich door het praten over van alles en nog wat, zonder hier een directe actie aan te koppelen. Kletsen over het weer, over de politiek, over anderen… Doordat op dit niveau het onderwerp van het gesprek ‘elders’ ligt, is het contactniveau niet bijzonder risicovol.

Niveau 4: Activiteiten

Bij dit contactniveau is de communicatie erop gericht een bepaald doel te bereiken. Het onderwerp van communicatie staat dus niet meer los van de gesprekspartners en de energie wordt op een tastbaar resultaat gericht. Het risico in het contact met de ander dat wordt ervaren kan zowel groter als kleiner zijn dan bij tijdverdrijf.

Niveau 5: Psychologische Spelen

Iedere vorm van communicatie waarbij gedrag (bewust en onbewust) wordt ingezet om ware emoties en gevoelens niet te tonen wordt een (psychologisch) spel genoemd. We worden boos terwijl we eigenlijk gekwetst zijn, we gaan veel praten om een compliment niet echt te hoeven laten ‘landen’, we houden ons groot terwijl we ons eigenlijk heel klein voelen, etc.

Psychologische spelen zijn herhalingen van strategieën uit onze kindertijd die nu niet meer effectief zijn. Het zijn uitwisselingen van miskenningen, want er wordt gereageerd op iets dat niet ‘echt’ is, maar wordt ingezet om iets anders te beschermen of niet te laten zien. Juist daarom hebben spelen als effect dat je na afloop een negatief gevoel ervaart.

Niveau 6: Intimiteit

Intimiteit is een niveau van contact waarbij je elkaar je echte emoties en gevoelens toont, zonder censuur toe te passen. Omdat je hierbij je ‘echte zelf’ laat zien, vormt deze mate van contact het grootste risico. Aan de andere kant bereik je met intimiteit ook de grootste vorm van erkenning, van ‘gezien worden’. Juist omdat er bij intimiteit geen verschil zit tussen wat er is en wat wordt getoond, is alle vorm van intimiteit voedend voor het contact. Het contact met jezelf en met de ander.

Maak bewuster gebruik van de 6 niveaus van contact maken. Wil jij meer erkenning, meer gezien worden? Dan is een belangrijke eerste stap jezelf meer te laten zien. Want alleen wat je laat zien, kan gezien worden. In hoeverre ben je open over je ware gevoelens, je onzekerheden en je kwetsbaarheden? Vaak zijn de delen die we het liefste wegstoppen, juist de delen van ons die we willen dat anderen zien.

Wanneer we op het werk meer verbondenheid ervaren, gaat er veel vanzelf beter. Medewerkers blijven langer binnen de organisatie, de werksfeer is beter, medewerkers komen beter tot bloei, er is meer zorg voor elkaar, etc. Het investeren waard om de kwaliteit van contact te verbeteren. Wil je alle niveaus leren kennen en toepassen? Tijd voor een teamtraining!