Communicatiestijlen
Hanno is professional in de Transactionele Analyse. Hij kent de praktische modellen goed en weet wat er voor nodig is om de winst hiervan over te brengen.
De 5 verschillende communicatiestijlen hebben in de TA een naam gekregen die iedereen kan begrijpen. Dit helpt ons ook om ons gedrag te plaatsen bij de juiste ego-toestand (Ouder, Volwassene, Kind) In het contact met elkaar kunnen we oefenen om een passende optie te kiezen in onze reactie naar de ander. Dit kan verwijdering voorkomen of miscommunicatie.
SO: Structurerende Ouder
VO: Voedende Ouder
V: Volwassene
AK: Aangepast Kind
NK: Natuurlijk Kind
– Winston Churchill
Je communiceert vanuit je Structurerende Ouder wanneer je anderen vertelt wat zij moeten doen of wanneer je een oordeel uitspreekt over datgene wat zij doen. Je boots het gedrag na van je ouders wanneer zij je aan allerlei verboden en geboden onderwierpen. Die structuur hoeft niet negatief te zijn, we hebben het ook nodig.
Voorbeeld: “Ga naar bed! Dat is dom! Als ik jou was zo ik maar heel snel die klus afmaken. Niet doen! Je moet…Hou op!”
Je reageert vanuit je Voedende Ouder, wanneer je anderen verzorgt op een respectvolle manier. Je bootst dan het gedrag na van je ouders, bijvoorbeeld als zij mijn wonden verzorgden, wanneer ik gevallen was en mijn handen had open gehaald.
Voorbeeld: “Goed zo!” “Zal ik je even helpen?”
De Volwassene stelt prioriteiten, heeft overzicht, stelt vragen, vergaart informatie, neemt besluiten. Het is de spil, de dirigent in het model.
Voorbeeld: “Hoe laat is het? Ga je morgen mee naar Dordrecht? Ik ga eerst afwassen en dan koken. Ik wil vandaag om 10 uur gaan slapen. Van
de zomer ga ik naar Oostenrijk op vakantie. Ik kijk even op de website van NS om te kijken wanneer de trein gaat.”
”Wat is er met me aan de hand, wat gebeurt er, wat voel ik, denk ik, wat heb ik nodig, wat wil en kan ik nu doen”?
Ik communiceer vanuit mijn Aangepast Kind als ik me houdt aan de vele regels over hoe je moet leven en hoe je geaccepteerd wordt in de wereld. Je denkt meestal niet bewust na over deze regels, voordat je besluit om je er aan te houden. Het Aangepaste Kind kan heel behulpzaam zijn, kan ten dienste staan van de Volwassene, maar kan ook energie zuigen door geklaag en gemopper.
Voorbeeld: Als ik de straat oversteek kijk ik eerst naar links en dan naar rechts. Als iemand in een restaurant mij vraagt of ik wat wil drinken, zeg ik “alstublieft” of “ja, graag”.
Ik reageer vanuit mijn Natuurlijk Kind als ik gedrag uit mijn kinderjaren vertoon dat los staat van ouderlijke regels of beperkingen. Bijvoorbeeld als ik ongecompliceerd blij, boos of verdrietig ben.
Voorbeeld: “Joepie, wat voel ik me gelukkig! Stom rotkind!”
SO, VO, AK en NK hebben allemaal een positieve en een negatieve kant. Dat onderscheid wordt in de praktijk niet zo vaak gebruikt. Het is wel goed om je te realiseren dat het bestaat.